Gerda ter Denge (CDA) is sinds 2013 Statenlid voor de Provincie Overijssel, en is commissievoorzitter voor Landbouw en Natuur, en Energie en Milieu. Ze is voorheen gemeenteraadslid geweest in Losser en heeft nu haar eigen adviesbureau. In Overijssel zijn 15 van de 47 Statenleden vrouw, dat is 32 %. Voor onze PS Campagne ging Ellie een interview met haar aan tijdens een Nieuwe Energie werkbezoek in de Performance Factory in Enschede.
Hoe bent u Statenlid geworden ?
Ik was al jaren actief in de gemeentepolitiek, en vervolgens werd ik gevraagd om Statenlid te worden, om politiek te gaan bedrijven op provinciaal niveau. Ik ben begonnen uit pure interesse en zo is het gaan rollen. Ik werkte in de gezondheidszorg en merkte dat er daar heel veel politiek gedreven regels waren, dat kan minder. Daar werk ik aan.
Hoe zag uw eerste dag eruit ?
Je begint binnen je partij met het verdelen van portefeuilles. Daarna, voor je echte eerste dag, zit je op zo’n bankje, de rondleiding heb je vaak al gehad dus helemaal nieuw is het ook niet meer, en dan je laat je het een beetje over je heen komen. Ik moet zeggen, het went zo snel.
En waar werkt u nu aan ?
Binnen de provincie, het leggen van verbindingen. Ik ben commissievoorzitter dus ik heb geen portefeuille waar ik voor sta, maar de verbindingen worden vooral gelegd op het niveau van sociale netwerken en onderwijs. Dat betekent dat daar waar minderheden of mensen dreigen er tussenuit te vallen, dat we die proberen te ondersteunen om toch een goede plek in de maatschappij te krijgen. Onderwijsbegeleiding Oost Nederland is een organisatie, bijna helemaal gedreven door vrijwilligers, die zich daarmee bezighoudt, eerst in Enschede en daarna is het als een olievlek over de provincie uitgespreid. Ik ben erg trots dat ik daar mijn steentje aan heb kunnen bijdragen.
Hoe wordt iemand goed in netwerken ?
Door niet te verlegen zijn, naar mensen toe te stappen want mensen hebben meestal een verhaal of een vraag, en als je open bent, wordt dat heel erg gewaardeerd. En je moet ook eens je neus stoten en dan gewoon weer verder gaan.
Wat heeft u tot aan nu gedaan waar u trots op bent?
Ik ben al heel lang actief in de politiek en ervoor was ik actief in de gezondheidszorg dus er zijn heel veel dingen waar ik trots op ben. Ik ben altijd het meest trots op projecten waar eerst heel veel weerstand tegen is en waar mensen tegenover elkaar staan. Als ik dat op de een of andere manier kan managen, als ik door gesprekken te voeren, kan bereiken dat ze tot elkaar komen, op dat soort projecten ben ik trots. Heel concreet, we hadden een project waar er weerstand was tegen de nieuwbouw van een kleinschalig zorginstelling en uiteindelijk, na gesprekken met de buren en na een informatieavond is iedereen tot elkaar gekomen. Mensen zijn vaak bang voor datgene dat ze niet kennen, en als je uitleg geeft, haal je heel veel angst weg, en creëer je begrip en draagvlak.
Dus het komt door voorlichting en communicatie.
Het is vooral luisteren naar wat de tegenstander zegt. Want voorlichting is vaak eenrichtingsverkeer en mensen voelen zich vaak niet gehoord. Het is belangrijk om te luisteren naar wat de mensen zeggen en daar iets mee doen. Als je met ze in gesprek gaat, blijkt vaak dat ze ergens bang voor zijn : in het voorbeeld van de zorginstelling, dat ze geen zon meer zouden hebben of dat ze overlast zouden ervaren van de bewoners. Als je kan uitleggen en laten zien hoe het eruit ziet, doe je ook recht aan de communicatie.
Hoe hebben uw talenten zich ontwikkeld sinds u begonnen bent ?
Ik ben minder verlegen geworden en durf steeds meer op de voorgrond te treden. Ik realiseer me ook dat de ander vaak met dezelfde drempel, dezelfde schroom zit. Daar ben je allebei gelijk in, dat is een van de belangrijkste dingen. Mensen gewoon tegemoet treden.
Hoe bereikt u uw doelen ?
Ik bereik mijn doelen door mezelf goed te voorbereiden op het onderwerp, goed in te lezen, door te luisteren naar de mensen met wie ik wat te doen heb, die naar me toekomen of waarvan ik ook denk dat ze belangrijk zijn. Soms zijn er mensen die ergens tegen zijn, maar niet meteen van zich laten horen, maar dan weet je toch dat er een weerstand is. Het zit altijd in communicatie.
Wat waren belangrijke ontmoetingen in uw politieke carrière ?
Belangrijke ontmoetingen eigenlijk zijn vooral de ontmoetingen met de burgers, niet bekende Nederlanders, of wat dan ook. Die geven mij de informatie en de input om politiek te bedrijven, voor hen doe ik het! Ik doe het voor de doelgroepen waarvoor ik voor sta ; de mensen die zorg nodig hebben, de inwoners van Overijssel. Soms is dat heel breed en soms is het wat specifieker, maar daar doe ik het voor.
Het voorbeeld wat ik eerder noemde over die onderwijsbegeleidingen, ik ontmoette de directeur, van een grote vrijwilligersorganisatie, en ik had een half uur uitgetrokken voor een gesprek. En uiteindelijk heb ik twee uur met die man zitten praten. Hij sleepte mij mee in zijn enthousiasme. Ik zet me nu al een aantal jaren voor zijn project in. Hij was zo’n positief iemand, die doorzet ondanks al het werk en de tegenslag, daar word ik warm van.
Heeft u ook advies voor vrouwen die politiek actief willen worden ?
- Allereerst, volg je hart, ga geen provinciale politiek bedrijven als je vooral lokaal actief bent of wilt zijn.
- Zorg dat je politieke ambities afstemt op de mensen om je heen. Anders lukt het niet. Je kan in je eentje de wereld niet veranderen, dus zorg dat je mensen om je heen hebt waar je warm van wordt, waar je positieve feedback van krijgt, die de kar met je kunnen trekken. Ook een vrouw alleen kan het niet, je hebt je collega’s nodig, mannen en vrouwen.
- Zoek vrouwen in de politiek op. Heb ik ook gedaan, binnen het CDA hebben we CDA Vrouwen, ik heb daar heel veel aan gehad. Je merkt dat je andere agendapunten op de agenda kunt krijgen waar een man misschien makkelijker overheen stapt. Vrouwen kijken soms anders aan tegen onderwerpen..
Waarom zijn de Provinciale verkiezingen belangrijk ?
De Provinciale Staten kunnen vanuit zijn taak veel bijdragen aan lokaal-overstijgende projecten – energie, duurzaamheid, wonen, verkeer en vervoer, landbouw. De provincie is nodig om te faciliteren, te stimuleren en te innoveren. We hebben een voortrekkersrol en een verbindingsrol, die is noodzakelijk anders wordt het onderwerp in te veel in kleine stukjes geknipt, en komen we niet tot mekaar.
En de Statenleden kiezen de de Eerste Kamerleden, die ook erg belangrijk is voor het landelijke beleid. Op die manier kunnen we een hele grote vinger in de pap hebben in wat landelijk gebeurt want we merken dat de Eerste Kamer niet alleen de wetgeving toetst, wat ze voorheen normaal deden, maar het wordt ook steeds politieker, de invloed van de Provinciale Staten zijn steeds groter.