PLEIDOOI VOOR MEER VROUWEN IN DE GEMEENTEPOLITIEK
September 2017
DOOR MARIE-ANNE VAN REIJEN
Dit jaar is het honderd jaar geleden dat vrouwen zich voor het eerst verkiesbaar konden stellen. Het aandeel vrouwelijke
gemeenteraadsleden is gemiddeld pas 28 procent. Waarom zitten we na honderd jaar nog niet op vijftig procent? OPZIJ spreekt met een aantal vrouwelijke raadsleden over de noodzaak van meer vrouwen in de plaatselijke politiek.
Fanida, Jolande en Jantje, alle drie gemeenteraadslid, praten eensgezind gepassioneerd over hun raadswerk. “Als raadslid heb je de kans om het verschil te maken. Of het nu gaat om meer banen in jouw dorp of stad, minder discriminatie, of een nieuw onderwerp waarvan jíj vindt dat het op de politiek agenda moet komen.”
Het raadswerk is veelzijdig: geen dag is hetzelfde en elke raadsvergadering is weer anders, met andere actualiteiten en verhoudingen tussen de politieke partijen. Veel politici noemen het dan ook verslavend, het laat je niet los en je bent nooit klaar, je werk is nooit af. Bovendien, als raadslid moet je onderhandelen, debatteren, strategisch denken, netwerken en lobbyen. Je leert ook omgaan met alle soorten machtsvertoon en -verhoudingen. Die leerervaring is waardevol voor elke functie, ook die je daarna of daarnaast doet. Of dat nou een volgende stap is in de politiek, in een bestuursfunctie of in een ‘gewone’ baan. Politiek is overal.
De afschaffing van het handelingsonbekwaam zijn is een mooi voorbeeld waarom het zo belangrijk is dat vrouwen meebeslissen. Tot 1956 was een vrouw volgens de wet niet handelingsbekwaam. Dat betekent dat je als vrouw bijvoorbeeld niet zelfstandig een verzekering kon afsluiten, je moest je man toestemming vragen om iets te kopen en op het moment dat je ging trouwen, moest je stoppen met werken. In de jaren twintig had Tweede Kamerlid Betsy Bakker-Nort (Vrijzinnig- Democratische Bond, later opgegaan in de Pvda -red.) al geprobeerd dit artikel te schrappen, maar uiteindelijk lukte het Corry Tendeloo (VDB en Pvda) in 1955. Een kleine meerderheid steunde haar voorstel, 46 voor en 44 tegen. Alle vrouwelijke Tweede Kamerleden stemden voor. Wanneer er voldoende vrouwen in de politiek zitten, heeft dit effect op andere sectoren en op elk vlak kunnen vrouwen hun invloed laten gelden.
Bepaalde eigenschappen worden bij mannen en bij vrouwen anders gewaardeerd. Waar een man zich zelfverzekerd gedraagt, wordt hetzelfde gedrag bij een vrouw eerder bestempeld als arrogant. Daardoor zullen vrouwen en mannen in het algemeen andere eigenschappen etaleren. In de politiek kun je dat soms terugzien omdat – generaliserend gesproken – mannen meer macro en vrouwen meer micro gericht bezig zijn. Het is belangrijk om in de politiek een goede balans te hebben van personen met verschillende eigenschappen, die zorgen voor verschillende benaderingen. Net zo goed als een overgrote meerderheid van mannen in de politiek niet goed is voor de volksvertegenwoordiging, draagt een oververtegenwoordiging van vrouwen ook niet bij aan betere besluitvorming.
Het is duidelijk dat er meer vrouwen in de politiek nodig zijn, maar hoe komt het dan dat het percentage vrouwelijke raadsleden nog geen vijftig procent is? En vooral: wat kunnen we er aan doen? Het begint bij de samenstelling van politieke partijen. Om je verkiesbaar te kunnen stellen, moet je lid zijn van een politieke partij (of je eigen partij oprichten). Het aantal leden van alle partijen gezamenlijk zit de laatste twintig tot vijfentwintig jaar rond de driehonderdduizend. Waar je altijd hoort dat de ledenaantallen zijn teruggelopen van politieke partijen, geldt dit alleen voor de grote traditionele partijen zoals het CDA, Pvda en de VVD. Groenlinks, D66, Partij voor de Dieren en de SP zien juist een omgekeerde beweging. Bij de SGP en de Christenunie blijft het ledenaantal stabiel. De PVV heeft maar één lid, Geert Wilders, voor anderen is het niet mogelijk om lid te worden van deze partij.
Dit betekent dus dat ongeveer driehonderdduizend mensen bepalen wie er op de verkiesbare plekken komen en wie er vervolgens in de Tweede Kamer, Provinciale Staten of de gemeenraden komen. Natuurlijk is het mogelijk om via voorkeursstemmen verkozen te worden, en dat is met dank aan het initiatief ‘Stem op een vrouw’ van Devika Partiman ook gelukt bij de Tweede Kamerverkiezingen dit jaar voor Lilianne Ploumen (Pvda), Isabelle Diks (Groenlinks) en Lisa Westerveld (Groenlinks), maar dan moet je in ieder geval wel op de lijst staan. Als je aan de voorkant ervoor wilt zorgen dat er voldoende vrouwen op verkiesbare plekken staan, moet je bij de samenstelling van de lijsten beginnen.
Uit onderzoek van Monique Leyenaar blijkt dat hoe meer vrouwelijke leden een partij heeft, hoe hoger het percentage vrouwelijke kandidaten op verkiesbare plaatsen is. Dus de eerste stap om te zorgen voor meer vrouwelijke politici, is meer vrouwelijke leden voor politieke partijen. Wanneer het percentage vrouwelijke leden laag ligt, is het ook lastiger om vrouwen te vinden voor de positie van volksvertegenwoordiger. Niet voor niets is een van de aanbevelingen van Prodemos en Atria om meer vrouwen in de politiek te zoeken buiten politieke partijen om.
Van sommige partijen moet je twee à drie maanden lid zijn om mee te mogen stemmen, zoals bij Partij voor de Dieren, CDA en Groenlinks, maar bij de Pvda geldt een grens van een maand en bij de VVD, Christenunie, D66 en SP mag je meteen mee stemmen.
Eén manier om meer vrouwen in de politiek te krijgen, is zorgen voor meer vrouwen in de politieke partijen, waarom lukt dat niet?
Fanida: “Het is sowieso een kunst om meer mensen politiek actief te maken. En dan is het nog lastiger om vrouwen te bereiken.”
Jolande: “Op het moment dat een man wordt benaderd met ‘zou jij het leuk vinden om ergens zitting te nemen?’ is een man eerder geneigd om te denken: ja, natuurlijk. Want zijn ego wordt gestreeld en hij bluft gewoon ja, en denkt daarna: even kijken hoe ik het thuis ga regelen met mijn vrouw. Of zijn vrouw vangt blijkbaar thuis alles op, waardoor die man sowieso vrij spel heeft. Die man ziet daarna wel of hij geschikt is en of dat hij het leuk vindt.
Wanneer een vrouw wordt gevraagd, is ze veel meer aan de ‘voorkant’ bezig is met ‘wat vraag je me nu?’ en ‘kan ik dat wel?’, in plaats van dat haar ego begint te glimmen. Ze is ook veel meer bezig met hoe moet ik dat combineren met thuis en mijn werk. Zij moet er gewoon even over nadenken. Als een man een vrouw vraagt, doorziet hij dat niet. Die denkt: ze zegt toch nee. Als jij nee zegt, ga ik op zoek naar iemand anders, en dat is dan toch vaak een man.”
Fanida: “We zeggen in Nederland altijd dat we heel geëmancipeerd zijn en heel tolerant. Maar als puntje bij paaltje komt, dan wordt het van vrouwen verwacht dat ze voor de kinderen gaan zorgen.”
Jantje: “Vrouwen hebben het gevoel dat ze geen tijd hebben. Omdat ze het thuis druk hebben en misschien op werk. De combinatie als moeder, of als vrouw, met het raadswerk lijkt lastiger te combineren dan de combinatie vader en man. Terwijl ik ook juist probeer uit te stralen dat het helemaal niks hoeft uit te maken.”
Er zijn ongetwijfeld heel veel vrouwen die geschikt zijn voor de politiek, maar die de weg er naartoe nog niet hebben gevonden, omdat ze denken dat ze het niet kunnen of dat het niet past. Bedenk goed hoe het voor jou wel werkt; wat heb je nodig van je collega’s, je partner, je partij en je werkgever om er voor te zorgen dat het werkt. Leg dat op tafel en ga daarover het gesprek aan. Stel jezelf de vraag: wat wil ik, en wat heb ik nodig om daar te komen? Stippel voor jezelf een pad uit.
Fanida: “Het heeft te maken met onze kijk op het gezinsleven, de rol van de vrouwen en mannen binnen het gezin. Die maatschappelijke structuren moet je overhoop durven gooien. Ik zag laatst een parlementariër die tijdens het debat haar kind stond te voeden. Prachtig! Doe eens een keer anders. Als je mensen veel meer mogelijkheden geeft, zal het voor vrouwen makkelijker zijn om deel te nemen, of dat nou in de politiek is of het bedrijfsleven. Het zit ook in hele kleine dingen, regel bijvoorbeeld kinderopvang op het gemeentehuis.”
Rolmodellen hebben een belangrijk functie, ook in de (lokale) politiek. Als je een andere vrouw in de politiek ziet, dan zie je het jezelf ook eerder doen. Hoe kunnen we dat bevorderen?
Jolande: “Vertel verhalen die andere vrouwen ook op het idee brengen om de politiek in te gaan. Wij vrouwen moeten andere vrouwen overtuigen, omdat ze minder geneigd zijn om zelf te reageren.’”
Het is duidelijk dat er meer moeite gedaan moet worden om vrouwelijke raadsleden te vinden. Dit is een verantwoordelijkheid van politieke partijen en van de overheid, maar ook van vrouwen zelf. Wanneer vrouwen in de politiek zichtbaarder zijn, kunnen andere vrouwen dat zien als een perspectief voor zichzelf. Zeg tegen vrouwen om je heen waarvan jij denkt dat ze geschikt zijn voor de politiek, en vertel hen waarom je dat denkt.
TIPS VOOR VROUWEN DIE POLITIEK ACTIEF ZIJN OF WILLEN WORDEN
FANIDA:
Blijf vooral jezelf. Zorg dat je niet geleefd wordt.
Daar moet je voor waken, in een grote stad, maar ook in een kleine stad, omdat je dan veel makkelijker te benaderen bent; Trek je eigen grenzen. Ook naar je gezin toe. Iemand die politiek in gaat, kiest daar zelf voor, maar de rest van de omgeving niet. Jij kiest ergens voor en de rest krijgt het er gratis en voor niets bij; Ga uit van je eigen kracht.
Laat je niet uit het veld staan; Durf kwetsbaar en emotioneel te zijn. Je moet een
bepaalde zekerheid of arrogantie hebben, maar sla er niet in door, zo van ‘ik mag niet huilend gezien worden want dan ben ik maar een zwakke vrouw.’ Ik heb bij moeilijke dossiers, in besloten setting, de mannen ook zien huilen. Daar is niks
mis mee. Durf kwetsbaar te zijn; Zorg ervoor dat je jezelf ‘s ochtends in de spiegel aan kunt kijken. Het is makkelijk om er in mee te gaan, of naast je schoenen te gaan lopen.
JANTJE:
Gewoon doen!
Je bent weer een ervaring rijker. Als persoon en als professional is het absoluut een
aanvulling in je leven. Ik had het niet willen missen; Het is niet nodig om tegen anderen op te kijken. Het zijn ook allemaal maar gewoon mensen die hun best doen. Het lijkt soms heel interessant en formeel, maar niets is wat het lijkt. Wees maar gewoon wie je bent.
JOLANDE:
Als je de ambitie hebt om politiek actief te worden, moet je het sowieso doen. Want
alleen al de vraag stellen is hem beantwoorden. Politiek actief zijn is heel breed. Er zijn zoveel plekken en functies waarin je actief kunt worden, je hoeft echt niet meteen te denken aan het allerspannendste, zoals raadslid worden; Zoek naar vrouwen aan wie je je kunt spiegelen, met wie je overeenkomsten hebt, bijvoorbeeld dezelfde levensfase, om te zien hoe die het organiseren en denk niet te snel dat kan ik niet, of dat past nu niet in mijn leven; Als je het echt wilt, dan is er een weg; Het is ontzettend leuk en hartstikke de moeite waard. Ik zie het als een verrijking op mijn hele levensontwikkeling.
FACTS & FIGURES
28 procent van de raadsleden is vrouw.
In de Tweede Kamer zitten er momenteel 54 vrouwen (36 procent). Op 12 mei 2010
werd het hoogst aantal vrouwen in de Kamer gemeten, namelijk 64 (42,7 procent). Dat aantal is sindsdien teruggelopen.
Honderd jaar geleden is het passief kiesrecht opengesteld voor de vrouw. Vanaf 1917 mochten vrouwen verkozen worden, maar nog niet zelf stemmen. Suze Groeneweg was de eerste vrouw in de Tweede Kamer in 1918.
In 1919 kregen vrouwen ook het actief kiesrecht en mochten ze zelf ook stemmen.
Finland is het eerste Europese land waar vrouwen stemrecht kregen, dat was in 1906.
Portugal (Liechtenstein niet meegerekend) is het laatste Europese land waarin vrouwen het volledige kiesrecht kregen, passief en actief. Dit was in 1976.
De Nederlandse overheid vindt het belangrijk dat vrouwen vertegenwoordigd zijn in
politieke functies. Achtereenvolgende regeringen hebben streefcijfers vastgesteld om het aandeel vrouwen in de politiek te verhogen. Het doel is om meer vrouwen voor te dragen voor benoeming als minister, staatssecretaris, burgemeester, wethouder of commissaris van de koningin.